| En in de stilte voor de storm
|
| Zijn de vrienden bij elkaar
|
| De kat, de hond, het lam, de adelaar
|
| Geen motto, geen vlag, geen uniform
|
| En we zingen zachtjes op het plein
|
| Is ons dorp klein, is ons dorp groot
|
| Dit is de beschaving, dit is mooi en groot
|
| En dus kwetsbaar voor beschadiging
|
| En domheid eist de dood
|
| En op de avond voor de dag
|
| Is ons gezichtsveld onbeperkt
|
| Tussen kroeg, moskee en kerk
|
| Geen volksheld, geen volkslied, geen vlag
|
| En we zingen zachtjes op het plein
|
| Is ons dorp klein, is ons dorp groot
|
| Dit is de beschaving, dit is mooi en gaaf
|
| En dus kwetsbaar voor beschadiging
|
| En domheid eist de dood
|
| En in de stilte voor de storm
|
| Grijpt een kleine rat zijn kans
|
| Vraagt een grauwe muis ten dans
|
| In de stilte voor de storm
|
| Dit is de beschaving, dit is mooi en groot
|
| En dus kwetsbaar voor beschadiging
|
| En domheid eist de dood
|
| Van Grieken naar Romeinen
|
| Van Romeinen naar barbaren
|
| Van barbaren naar gelovigen
|
| Van gelovigen naar christenen
|
| Van christenen naar heidenen
|
| En terug naar de barbaren
|
| En een barbaar doet wat?
|
| Vormt een horde en brandt plat
|
| Dit is de beschaving, dit is mooi en groot
|
| En dus kwetsbaar voor beschadiging
|
| En domheid eist de dood |